Cybercrime-officier van Justitie Jacqueline Bonnes zei op 10 april 2024 tijdens de regiezitting in de Rotterdamse rechtbank dat een proces-verbaal van de Haagse brigadier C151 NIET naar waarheid was opgemaakt. Volgens Bonnes was de rechter-commissaris tijdens de doorzoeking in mijn woning niet aanwezig en was er sprake van een schriftelijke machtiging. Volgens de brigadier was de RC wél in mijn woning en was er sprake van een mondelinge machtiging.
Hieronder ziet u pagina 7 van het proces-verbaal van de regiezitting in de Extra Beveiligde rechtszaal (zaal 35) te Rotterdam.
Op pagina 18 van het einddossier noteert de Haagse brigadier C151 dat de rechter-commissaris bij het binnentreden van mijn huis aanwezig was en een mondelinge machtiging tot binnentreden had afgegeven.
Ik zat op dat moment zelf vast in een cel van het Rotterdamse hoofdbureau van politie (bureau Doelwater)
Als een proces-verbaal niet naar waarheid is opgemaakt dient de zaak minimaal niet-ontvankelijk te worden verklaard omdat de belangen van de verdachte daardoor onherstelbaar zijn beschadigd.
De malverserende ambtenaren zouden strafrechtelijk vervolgd moeten worden.
Zie hieronder een voorbeeld van een uitspraak Hof A’dam.